Verhalen over een God die zijn eigen schepping vernietigt door een watervloed en daar vervolgens spijt van heeft. Of over een man, uit een maagd geboren, die over het water loopt en uit de dood opstaat. Ze zijn voor een hedendaagse lezer geheimtaal geworden. Deze verhalen zijn echter een schatkamer van ervaringen die het oude Israël in een periode van eeuwen opdeed met het leven en met zijn God. Verhalen die via het christendom de wereld in zijn gegaan, onze westerse beschaving diepgaand hebben beïnvloed en telkens opnieuw mensen hebben aangesproken en geïnspireerd. Carel ter Linden gaf in zijn gemeente (tot 1999 was dat de Haagse Kloosterkerk) vele jaren cursussen om de diepere betekenis van deze verhalen te ontdekken. In dit boek gaat het om de kernthema's van de bijbel en de belangrijkste vragen die mensen daarbij hebben. De auteur reikt als het ware sleutels aan om de beeldende taal van de verhalen te verstaan en de lezer wegwijs te maken in het landschap van het aloude Boek.