Pimmetje is verdwaald. Hij spoelt aan, ver weg van huis, aan de oever van het Meer. Ottie Otter vindt hem en brengt hem naar Heer Aap, die in een houten kasteel woont. Pimmetje wordt door Heer Aap ontdekt als een nieuwe diersoort: de Pimmedinges Anderus Bizonderus.De dieren aan de oever van het Meer vinden Pimmetje in het begin maar raar, hoe hij denkt en hoe hij doet. Pimmetje laat zich hierdoor niet van de wijs brengen, hij zegt steeds: 'Ik ben niet raar, ik ben gewoon anders.' Door 'gewoon anders' te blijven, gaan de dieren van hem houden en worden Ottie en Heer Aap zijn beste vrienden. Maar hoe fijn Pimmetje het ook bij zijn vrienden vindt, hij krijgt heimwee. Hij wil bij ze blijven en wil óók naar huis! Pimmetje kan niet kiezen en wil niet kiezen. Als hij er niet meer uitkomt, vraagt hij hulp aan de geheimzinnige Wenspoel. Hij moet daarvoor zijn belangrijkste bezit opofferen...