Tim en de tijgerknijpers

Tijgerknijpers bestaan, ze zijn niet uitgestorven. Dat ontdekt Tim wanneer een houten knijper zich vastbijt op zijn vinger. Zomaar. Uit zichzelf. De oude meneer Van den Bergh op het bankje ziet dat, en vertelt hem hoe het zit met de tijgerknijpers. Je kan ze zelfs trucjes leren. Tim leert snel om niet meer bang te zijn. Dan hoort Tim van de grote tijgerknijper-epidemie van 1954. Het hele land was toen in paniek. Vanwege bijtende houten knijpers. Daar heeft intussen niemand het meer over, maar Meneer Van den Bergh is er destijds zelf bij geweest. Kan zo'n wonderlijk verhaal waar zijn? Ja. Uiteindelijk geven ook de ouders van Tim toe dat ze er van wisten. Tim is opgelucht. Eventjes. Dan ontdekt hij dat het geen toeval was dat meneer Van den Bergh juist hem dat verhaal vertelde. Er was een geheim plan. En dat is er nog steeds. Tim is bedrogen. En tijgerknijpers zijn wél gevaarlijk. Hij heeft geen keus, hij moet nu dapper zijn en besluit in te grijpen. Dat gaat fout. Op een kwade dag zit hij opgesloten op de zolder van een vervallen villa. Een golf van duizenden tijgerknijpers komt op hem af. Nu moet hij heel slim zijn.